Mobiele, herbruikbare woonunits van Woodyshousing. Ontworpen voor een duurzame toekomst?
Woodyshousing ontwikkelde een duurzame, 21ste-eeuwse oplossing voor het huizentekort in de Nederlandse grootsteden. Woody-units zijn eenpersoonswoningen, gebouwd volgens principes van de circulaire economie en gereed om te in te zetten in co-housing projecten.
In het campuscomplex van de Technische Universiteit Delft staan er heel wat reusachtige gebouwen, met paden en parkjes ertussen. Het ene gebouw is antiek-futuristisch, met op het hellend dak een uitnodigend grasveld, de andere zijn modernistisch en bijna vervallen, of groot en functioneel. Overal zie je groepjes studenten. Op een braakliggend stuk grond, temidden van die gebouwen, staat een houten kamer. Het is het prototype van een Woody, een hoogtechnologische studentenkamer ontworpen door Woodyshousing.
Woodyshousing is opgericht door het echtpaar Theo en Beate Bouwman. Met hun concept proberen ze een 21ste-eeuwse oplossing te bieden voor het huizentekort in de Nederlandse grootsteden.
Het verhaal begon zes jaar geleden, toen het koppel in Amsterdam een studentenkamer zocht voor hun oudste dochter. ‘We botsten op het grote huizentekort in de hoofdstad,’ gaat Theo van start, ‘en de torenhoge huurprijzen voor een kamer in de buurt van de universiteit. We zagen de lange wachtrijen, de concurrentie om de vrije studentenkamers en de afstanden die studenten elke dag moeten afleggen tussen hun woonplaats in de randstad en de universiteit.’
‘Terwijl we naar een kamer zochten, zagen we ook veel leegstand. We zagen aan het Haarlemmerplein in Amsterdam-centrum een terrein dat al veertig jaar braak ligt. Toen begon het bij ons te kriebelen. We droomden over mobiele studentenkamers, die op en naast elkaar geplaatst konden worden, met een grote gedeelde eetplaats. Een soort “studentendorp”, dat we konden bouwen op maat van elk stuk grond – en dat we er ook weer konden weghalen, wanneer dat nodig zou zijn.’
Toekomstklaar
‘Dat was de start van Woodyshousing,’ vertelt Beate. ‘We ontwikkelden een duurzame, slimme woonunit – die we Woody doopten – waarmee we boven alles op zoek gaan naar een woning die “toekomstklaar” is. Een woonst die voor het grootste deel circulair is – met materialen die je opnieuw kan gebruiken. Maar ook met slimme technologieën die het comfort verhogen en het water- en energieverbruik verlagen. En last but not least, een woonst met ruimte voor sociale contacten.’
‘Met Woodyshousing surfen we mee op de golf van de cohousing-beweging.’
Beate: ‘Onderzoek wijst uit dat het aantal “eenpersoonshuishoudens” elk jaar stijgt. Op dit moment leeft ongeveer één op de vier Nederlanders alleen. Tegen 2040 zal circa 43 procent van alle Nederlanders alleen wonen. Mensen zijn sociale dieren, we willen verbonden zijn met anderen.’
‘Met Woodyshousing surfen we mee op de golf van de cohousing-beweging,’ vervolgt ze. ‘Die staat voor woonvormen waar mensen naast een privéruimte ook stuk gedeelde ruimte aankopen. In een Woody-buurt – waar we Woody-units in groepen op en naast elkaar plaatsen – voorzien we ontmoetingsruimtes: een tuin en een grote gedeelde huiskamer met keuken en wasruimte.’
Gedeelde interesse
Theo en Beate delen een interesse voor duurzaam wonen. ‘Ik heb economie gestudeerd en werkte in de financiële wereld,’ vertelt Beate. ‘Daar deed ik fusies en overnames. Daarvoor analyseerde ik onder meer de bouwbranche – dus ik kende de sector best goed. Los daarvan had ik de afgelopen jaren zeven panden verbouwd en verkocht – je kan het een uit de hand gelopen hobby noemen,’ lacht ze.
‘Ik was als werktuigingenieur aan de slag bij een grote fabriek in bouwmaterialen,’ vertelt Theo. ‘Tijdens mijn studie – hier, aan de TUDelft – had ik me gespecialiseerd in energiesystemen. Zo’n drie jaar geleden liep mijn contract in de fabriek af, en ik besliste me voltijds op ons project te richten.’
Versnellen en vertragen
‘Het ging enerzijds hard, anderzijds erg traag, de ontwikkeling van ons concept,’ vertelt Theo. ‘In 2014 en 2015 namen we deel aan twee accelerator-programma’s, de World Startup Factory in Den Haag en Climate-KIC, een programma gestuurd door de Europese Unie. Op dit moment zijn er drie fulltimers bij ons aan de slag, en drie parttimers.’
‘Later stootten we op heel wat moeilijkheden, hebben we veel energie moeten steken in verplichte, tijdsrovende procedures in verband met bouwgronden, onderhandelingen met de overheid, of het aantonen van draagvlak,’ vertelt Beate.
‘Toen we met Woodyshousing startten moesten we wel even wennen aan onze nieuwe rollen,’ vertelt Beate. ‘Eerst waren we ouders die iets wilden doen voor hun dochter. Een sympathieke positie. Dan werden we projectontwikkelaars, die een draagvlak moesten vinden bij de buurt voor een bouwproject. Da’s al een minder gemakkelijke positie. Dit voorjaar bouwen we hier op de campus van TUDelft het eerste Woody-complex, daarmee breekt voor ons een nieuwe fase aan.’
Gezond wonen
‘Het krapteprobleem op de woningmarkt zorgt ervoor dat minder “degelijke” woningen aan te hoge prijzen worden verhuurd,’ vertelt Beate. ‘Dat vinden we vreselijk.’
‘Het krapteprobleem op de woningmarkt zorgt ervoor dat minder “degelijke” woningen aan te hoge prijzen worden verhuurd. Dat vinden we vreselijk.’
‘We ontwikkelden met de Woody een model voor een huis dat zo gezond en duurzaam mogelijk was, en gemakkelijk in elkaar te zetten was,’ vertelt Theo. ‘De oplossing die we vonden zijn kant en klare kamers die snel en ter plekke gemonteerd kunnen worden. Het prototype waar we nu in zitten, is volledig prefab. Het werd hier met de vrachtwagen geleverd, wij moesten niet veel meer doen dan het water en de elektriciteit aansluiten.’
‘We mikken op een huurprijs in de middenmoot van de sociale huur,’ vervolgt Beate, ‘waarmee je dan een betaalbare, gezonde, kwalitatieve woning huurt.’
‘Alles wat we tot nu toe ontwikkelden, testten we eerst bij onze “community”. Dat is een publiek van sympathisanten van meer dan 200 personen. We organiseerden ook al ontwerpsessies met studenten Industrieel Ontwerp. Alle informatie, nieuwe ideeën en feedback nemen we mee naar de volgende stap,’ vertelt Beate. ‘We richten ons in eerste instantie op de jonge, zelfstandige, reizende, online, stedelijke wereldburger die in steeds wisselende verbanden zijn eigen weg gaat.’
‘Het is belangrijk dat, eens ons product er komt, het ook écht beantwoordt aan de noden van ons doelpubliek,’ vervolgt ze. ‘Volgend jaar richten we een stichting op, die Stichting voor International Residential Living Labs zal heten. Binnen de stichting willen we onze ervaring delen, data verzamelen en het project verder ontwikkelen vanuit de gebruiker.’
‘Recent stopten we wel met de testgroep nog verder uit te breiden,’ merkt Beate op. ‘De meeste leden zijn tot bij ons gekomen door het project in Amsterdam. Daar hopen we snel een tijdelijke constructie op te zetten naast de spoorweg, met 48 eenpersoonsflats en een huiskamerrestaurant.’
‘Maar voorlopig is het nog steeds wachten op de bouwvergunning,’ zucht ze. ‘We zijn voorzichtig geworden met verwachtingen scheppen bij de community, want in het verleden gingen zo’n procedures vaak veel trager dan gehoopt…’
Demonteerbaar en herbruikbaar
Het ontwerp van de mobiele units is toekomstproof. Ze bieden niet alleen een alternatief voor onze manier van bouwen, die radicaal anders moet - met minder vervuilende bouwmaterialen en minder “definitief”. Daarnaast zijn de onderdelen van de eenheden zélf ook makkelijk demonteerbaar en herbruikbaar.
‘Een Woody is ontworpen om ze na verloop van tijd weer uit elkaar te schroeven. Nergens gebruiken we PUR of andere kitmaterialen,’ vertelt Theo. ‘De tapijttegels uit geitenwol hebben een levensduur van 50 jaar. Hout gebruiken we in ons ontwerp zowel voor constructie, als voor de binnenbekleding. Telkens een bewoner de Woody verlaat, recupereren we de houten panelen en stockeren we ze voor hergebruik.’
‘We geloven niet in regeltjes om energiezuinig gedrag af te dwingen,’ vertelt Theo. ‘We zorgen er liever voor dat alle technologie en het hele ontwerp het moeilijk maken om het licht te laten branden, of om water te verspillen bij het douchen. Hier knip je met de smartphone de deur open en verduisteren de lichten automatisch wanneer je de ruimte verlaat. De innovaties in de Woody zijn er steeds op gericht om het de eindgebruiker zo makkelijk mogelijk te maken.’
Productie in de buurt
‘Onze onderdelen vinden we bij kleine en middelgrote ondernemingen in Europa,’ merkt Beate op. ‘Al onze leveranciers maken hun producten ook zelf. De grote meerderheid van de materialen is afkomstig uit de Duitstalige DACH-regio – Duitsland, Oostenrijk en Zwitserland.’
‘De douches in de Woody komen van het Nederlandse bedrijf Upfall Shower, en werken volgens een systeem dat het waterverbruik het douchewater filtert en opnieuw in circulatie brengt,’ vertelt Theo, ‘daarmee dring je het waterverbruik tot 90 procent terug. ‘
‘De financiering van Woodyshousing komt uit alle hoeken, behalve de hoek van de overheid. Daar hebben we onze tanden al op stukgebeten,’ merkt Beate op. ‘Het is ontzettend moeilijk om overheden mee te krijgen in ons project, hoewel we een duidelijk maatschappelijk doel hebben.’
‘Voor de opstart en de werking van de organisatie werkten we tot nu toe met private investeerders. We zien ook een toekomst voor crowdfunding-acties, maar dan voor de lokale projecten.’
Fossiele roots
Bij de vraag of Woodyshousing misschien roots heeft in de ecologische beweging, grinnikt Beate even. ‘Theo en ik groeiden allebei op in een gezin waarvan de vader werkte in de fossiele industrie. Toch waren het misschien wel zij die ons een belangrijke manier van denken aanleerden, die we nu nog toepassen.’
‘Ik leerde van mijn vader de schoonheid van ambachtswerk appreciëren,’ vervolgt ze. ‘Hij bracht me oog bij voor dingen die goed in elkaar zitten. Ik denk dat die kwaliteit, waar we met Woodyshousing naar streven anno 2016, het duurzame automatisch in zich draagt. Duurzaam denken hoort er gewoon bij.’
‘We werken wel samen met leveranciers die uit de hippiebeweging komen,’ vult Theo aan. ‘Maar dat zijn fantastische vaklui. Wij zijn nergens tegen, we zijn juist ergens vóór. Goed design, opnieuw te gebruiken onderdelen, prima toch?’
‘Weet je,’ vertelt Beate, ‘er zijn zo veel mensen die ons het advies geven om ons toe te spitsen op één deel van het ontwikkelingsproces van de Woody – de productie, de implementatie, de ontwikkeling. Maar dat willen we niet. We willen dit niet uit handen geven, omdat het voor ons zo belangrijk is dat het hele concept van A tot Z klopt. Zonder toegevingen op vlak van duurzaamheid of ons sociaal concept. We slaan het advies dus in de wind, al jaren,’ lacht ze, ‘en we maken het er onszelf helaas niet makkelijker mee.’
Dit artikel van Isabelle Vanhoutte verscheen eerder op haar website Kleine Revolutie.