“Ik geloof dat kmo’s veel pionierswerk voor de circulaire economie kunnen doen”

Interview met Jan Leyssens van innovatiebureau switchrs naar aanleiding van de nieuwe cursus 'Circular Innovation Managers'.

“Ik geloof dat kmo’s veel pionierswerk voor de circulaire economie kunnen doen”
Jan Leyssens © switchrs

Met een nieuwe cursus voor Circular Innovation Managers wil het innovatiebureau switchrs interne experts in de circulaire economie voor kmo’s trainen. Ik sprak met Jan Leyssens van switchrs over wat ze met die cursus willen bereiken.

Hey Jan, waarom deze cursus?

Jan Leyssens: “Het idee is eigenlijk al gegroeid van bij de start van switchrs nu 5 jaar geleden. We zijn altijd al op zoek geweest naar een manier om impact te schalen zonder dat we zelf per sé een groot bedrijf moeten worden. Een belangrijk principe dat daar nog bijkomt voor mij is dat je eigenaarschap moet leggen bij de mensen die het werk moeten doen. Zelf al heb je als consultants baat bij het creëren van afhankelijkheidsrelaties, daar heb ik eerlijk gezegd geen zin in. In onze groei hebben we vijf jaar lang kunnen experimenteren met welke processen we kunnen gebruiken om design thinking, business model development en sustainability bij elkaar te brengen. Dat heeft geleid tot een heel sterk proces dat we samen met klanten uitvoeren.”

Dat proces speelt een grote rol?

Jan Leyssens: “Ja, da’s cruciaal. Als facilitator van zo’n innovatieproces heb je zelf geen mening. Je zet een reeks van oefeningen achter elkaar voor mensen die in de sector zelf actief zijn — en dus veel meer afweten van waar zij mee bezig zijn — om hen zo te helpen van buitenaf naar hun activiteit en sector te kijken. Het is door zo’n proces dat ze nieuwe kansen kunnen identificeren. We hebben tijdens het experimenteren externen dat proces laten faciliteren om te kijken in welke mate we zelf nog relevant waren. We zijn tot een robuust proces gekomen. En we zijn klaar om dat ook op andere manieren over te brengen aan mensen binnen bedrijven en in het bijzonder de kmo’s.”

Waarom kmo's?

De cursus heeft als doelpubliek werknemers van kmo’s. Hoe zijn jullie daarbij uitgekomen?

Jan Leyssens: “We hebben gemerkt dat kmo’s, ook al zijn ze al relatief groot, het niet gewend zijn om strategische innovatie aan te kopen. Ze zijn erg operationeel bezig. Per definitie zit een innovatieproces vol onzekerheden. Je moet vaak dingen uitproberen om dan te zien wat werkt en wat niet. Je moet dus aan alle knoppen van het bedrijf kunnen draaien. Kmo’s hebben niet altijd de mensen die zo’n proces kunnen claimen en waarmaken, behalve dan de CEO maar die heeft al te veel aan zijn hoofd. Kmo’s hebben over het algemeen minder ervaring in dat soort strategische oefeningen. Anderzijds geloof ik heel sterk dat kmo’s het breekwerk en pionierswerk voor de circulaire economie kunnen doen. Ze zijn wendbaar en kunnen sneller nieuwe niches bespelen. Die tegenstelling willen we overbruggen met deze cursus Circular Innovation Managers.

“Zij kunnen dan zelf binnen hun bedrijven dat proces gaan voeren en niet één of andere consultant die als een deus ex machina binnenwaait met oplossingen. Niet onbelangrijk is dat we de cursisten genoeg tools in handen geven om ervoor te zorgen dat het proces ook wordt gedragen. ”

“De vragen waarmee we van start gaan zoomen in op wat impact betekent. Wat is impact voor mij als innovatiemanager en voor ons als bedrijf? Waar willen en kunnen we impact op hebben? Wat is circulaire economie? Hoe werkt dat allemaal binnen het systeem? De cursus geeft geen hapklare antwoorden voor ieder zijn sector maar maakt de deelnemer bewuster van de context waarbinnen ze manoeuvreren en de rol circulaire economie daarin. Daarmee zorgen we ervoor dat al heel wat zaken niet meer als een verrassing komen.”

“Recent hebben we nog voor een grote foodretailer gewerkt en die uit de lucht viel toen we het met hen hadden over de plastic ban die er aankomt in Europa. Terwijl datzelfde bedrijf echt een sterk ontwikkeld sustainability verhaal heeft. Het is belangrijk dat die dingen op je radar komen want je moet er sowieso mee aan de slag. Dat is waarom we veel aandacht geven aan die vraag wat impact is. Eens je zicht hebt op wat je belangrijk vindt voor je bedrijf, waar je wil op inzetten, dan kan je gaan kijken welke circulaire strategie en welke businessmodellen er bestaan om daar op te werken en tegelijk je waardepropositie te verbeteren. Ik geloof heel erg dat als je op een probleem werkt dat relevant is, er altijd een business case voor te vinden is. Producten en diensten zijn altijd tijdelijk. Hoe meer je op een maatschappelijk probleem zit dat relevant is, hoe meer je ook zekerheid hebt in je bestaan als bedrijf.”

“Producten en diensten zijn altijd tijdelijk. Hoe meer je op een maatschappelijk probleem zit dat relevant is, hoe meer je ook zekerheid hebt in je bestaan als bedrijf.”

“Tussen haakjes, er is nog een zware uitdaging die op de kmo’s afkomt. De EU verplicht de grote corporates tot verregaande rapportering met haar Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD). Maar waar gaan die corporates hun data opvragen? Bij hun kmo-onderaannemers. De kmo’s zullen dus data moeten gaan aanleveren wat voor extra druk zal zorgen. Kunnen ze die niet aanleveren, bestaat de kans dat ze na verloop van tijd klanten verliezen.”

De grootste kost

Als je aan de kmo’s moet vertellen wat de return is van zo’n cursus, wat zeg je dan?

“Je hebt de kost van iets te doen maar ook de kost van iets niet te doen. Wat we vaak vaststellen is dat er maar half wordt gekeken naar zaken rond duurzaamheid en circulaire economie: een keer naar een event gaan, een keer een opleiding volgen, en nog een opleiding erbij… maar allemaal zonder doelgericht werken. En wat gebeurt er dan: plots sta je 2-3 jaar verder, ben je nog altijd in de voorbereidende fase en weet je nog altijd niet wat je best kan doen en waarom. Dan duikt zo’n typisch fenomeen van ‘Throwing money at the beast’ op. Je hebt dan al zoveel geld gestoken in gefragmenteerde dingen dat je het niet meer kan verantwoorden om er mee te stoppen maar het toch nergens heen leidt. Daar zie je heel wat bedrijven op vastlopen.”

“De grootste kost van innovatie is tijd. Om niet in het typisch probleem te vervallen waarbij een project jaren aansleept zonder resultaat, is het zo belangrijk om een proces te hebben dat je daarbij helpt."

“De grootste kost van innovatie is tijd. Om niet in het typisch probleem te vervallen waarbij een project jaren aansleept zonder resultaat, is het zo belangrijk om een proces te hebben dat je daarbij helpt. Ons proces helpt kmo’s op heel korte tijd te identificeren welke circulaire opportuniteiten er zijn, hoe er een business case analyse voor te maken en hoe je dan moet doorpakken.”

“In tijden van ‘The Great Resignation’ lijkt het me ook van belang het talent in je bedrijf aan het werk te zetten op boeiende uitdagingen. Geef iemand 1 dag per week op circulaire economie te werken en je kan met een goed proces na twee maanden al een concreet resultaat boeken. Dat is beter dan een consultant 30k toestoppen. Bedrijven die innovatieve dingen willen doen en inzetten op relevante problemen, hebben minder hinder van de ‘War on talent’. Ben ik van overtuigd.”

“Geef iemand 1 dag per week om op circulaire economie te werken en je kan met een goed proces na twee maanden al een concreet resultaat boeken. Dat is beter dan een consultant 30k toestoppen.”

Testen en experimenteren

Kan je een voorbeeld geven van een kmo die wat je vertelt al in muziek heeft gezet?

Jan Leyssens: “Ik ben fan geworden van Filou & Friends. Dat is een Belgisch familiebedrijf in de mode-retail voor kinderen. Zij hebben hun duurzaamheidsambities structureel verankerd maar blijven tegelijk ook heel klantgericht. Zij hebben de durf om heel snel dingen uit te proberen. Zoals bij voorbeeld hun take-back systeem. Hun kledij is van hoge kwaliteit en kan tweedehands nog lang mee. Zo hebben ze in Gent een actie opgezet waarbij mensen hun kledij konden terugbrengen in ruil voor punten op een spaarkaart. Het was een stormloop. De actie zou een week lopen maar moest na twee dagen al worden gestopt door de overrompeling. Later hebben ze die tests herhaald in Antwerpen en Kortrijk.”

“Er was meteen ook een probleem. Kan je tweedehands gaan verkopen in je winkels zonder je eigen producten te kannibaliseren? Filou & Friends heeft dan een garage sale georganiseerd in hun magazijn in Marke. Resultaat: weer een stormloop. Bij Filou & Friends hebben ze in ieder geval de smaak te pakken. Ze hebben een innovatiemanager aangesteld en blijven op dat pad van dingen uitproberen en verbeteren.”

Onbekende onbekenden

Jan, je bent nu al vele jaren bezig met circulaire economie en hoe we die moeten realiseren, zowel in de maatschappij als bij bedrijven. Hoe is je denken daarover geëvolueerd?

“Ik had al van bij het begin het buikgevoel dat bij circulaire economie als strategische innovatie-uitdaging design thinking heel nuttig is. Design thinking wordt al bestudeerd sinds de jaren ’70 en het is duidelijk dat veel transitiemanagementboeken daar gaan afkijken zijn. Design thinking is heel upfront. Je weet dat er onbekende onbekenden zijn, en dat suckt. En toch moet je beslissingen nemen ondanks die onbekenden. Design thinking is daarvoor gewapend. Design thinking helpt je om te weten te komen wat je niet wist en dan de best mogelijke keuzes te maken. Dat proces in handen krijgen is volgens mij enorm belangrijk en moet je dicht bij de kern van je bedrijf houden en niet te veel gaan externaliseren.”

“Puur op niveau circulaire economie dan: hou de bio-economie in de gaten. De circulaire economie zal bio-based zijn. ”

Meer info:

https://www.switchrs.com/bootcamps

Lees de artikels van Jan Leyssens op Zeronaut:

Jan Leyssens - Zeronaut.be
Zeronaut.be geeft al wie de transitie naar een duurzame wereld wil, een veilige haven. Dé plaats waar je ideeën kan opdoen om planeet en klimaat te redden.

Hoor Jan Leyssens zelf aan het woord over de cursus: