Hoorn van Afrika steeds droger

De Hoorn van Afrika wordt steeds droger. Nochtans voorspellen klimaatmodellen dat een groot deel van tropisch Afrika juist natter wordt in de toekomst. Waarom gaat dat niet op voor landen als Ethiopië en Somalië?

Hoorn van Afrika steeds droger
Blauwe en rode tinten op de continenten tonen de correlatie tussen jaarlijkse effectieve vochtigheid en jaarlijkse temperatuur in observatiegegevens over de periode 1980-2021, gedownscaled naar 0,25° resolutie voor visualisatiedoeleinden. Baxter, A.J., Verschuren, D., Peterse, F. et al. Reversed Holocene temperature–moisture relationship in the Horn of Africa. Nature 620, 336–343 (2023).

‘Nat wordt natter, droog wordt droger’. Dat mantra wordt al decennia gebruikt om te voorspellen hoe de opwarming van de aarde de waterhuishouding in verschillende wereldregio’s zal beïnvloeden.

Maar als klimaatmodellen voorspellen dat een groot deel van tropisch Afrika natter wordt in de toekomst, waarom wordt het dan steeds droger in bijvoorbeeld de Hoorn van Afrika? Een internationaal onderzoeksteam vond hiervoor een verklaring: een omslagpunt in de prehistorie zou die toenemende droogte helpen verklaren.

Hun nieuwe paper werd zopas gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Nature.

Vochtbalans

Twee belangrijke factoren bepalen hoe nat of droog het is: de hoeveelheid neerslag en de hoeveelheid water die verdampt. In de tropen zorgen hogere temperaturen meestal voor natter weer door sterkere moessonregens. Tegelijkertijd leiden hogere temperaturen ook tot meer verdamping, omdat water in warmere lucht gemakkelijker verdampt.

Toch kampen delen van de wereld, zoals opnieuw de Hoorn van Afrika, recent met ernstige meerjarige droogtes als gevolg van de stijgende temperaturen. Hoofdauteurs van de studie Allix Baxter van de Universiteit Utrecht en Dirk Verschuren van Universiteit Gent, vonden in de sedimenten van het Chalameer, op de grens van Kenia en Tanzania, een verklaring voor de kloof tussen de voorspellingen van klimaatmodellen en de recente droogtes in het oosten van Afrika.

Chalameer. Baxter, A.J., Verschuren, D., Peterse, F. et al. Reversed Holocene temperature–moisture relationship in the Horn of Africa. Nature 620, 336–343 (2023).

“We bestudeerden sedimentboorkernen uit het meer, die terug gaan tot 75.000 jaar geleden”, zegt Baxter. “Op basis van deze sedimenten konden we achterhalen hoe de diepte van het meer en de regionale temperatuur in de loop van de tijd veranderden.” Hoe diep het meer was, weerspiegelt veranderingen in de vochtbalans: de hoeveelheid regenval min de hoeveelheid verdamping.

Omslagpunt in het klimaat

“We ontdekten dat tijdens de laatste ijstijd, tussen 75.000 en 11.700 jaar geleden, hogere temperaturen in de Hoorn van Afrika inderdaad voor een natter klimaat zorgden”, legt Verschuren uit. “Maar rond 11.700 jaar geleden, toen de temperatuur in de regio met een paar graden steeg, zagen we een omslagpunt waarbij hogere temperaturen tot meer droogte leidden, en lagere temperaturen tot een natter klimaat.”

Deze verandering in de relatie tussen temperatuur en vochtbalans in de Hoorn van Afrika heeft deze regio sindsdien gemaakt tot een droog tropisch klimaatregime.

De onderzoekers verwachten dat die droogte zal aanhouden wanneer temperaturen in de toekomst blijven stijgen.

Onderliggend mechanisme

“Deze bevinding komt overeen met de in aantal en ernst toenemende droogtes die we nu zien in de Hoorn van Afrika”, zegt Baxter.

Nog belangrijker voor deze regio, waar de meeste mensen afhankelijk zijn van regen voor landbouw, is dat het nieuwe onderzoek suggereert dat de Hoorn van Afrika in de toekomst waarschijnlijk nog droger zal worden, in plaats van natter zoals voorspeld door de meeste klimaatmodellen.

“Hoewel het nog steeds ter discussie staat wat de oorzaak is van deze recente droogtes, geeft ons onderzoek een aanwijzing voor een onderliggend mechanisme. Onze gegevens brachten bepaalde processen aan het licht waarvan we hopen dat ze beter worden opgenomen in de klimaatmodellen om toekomstige klimaatveranderingen op lange termijn in deze en andere tropische gebieden nauwkeuriger te voorspellen.”

Bron: IPS